Overslaan naar inhoud

Nieuwe wetgeving betreffende buitencontractuele aansprakelijkheid van hulppersonen

Nieuwe wetgeving betreffende buitencontractuele aansprakelijkheid van hulppersonen, van kracht vanaf 1 januari 2025

Begin 2024 heeft de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers een nieuw wetsvoorstel aangenomen met betrekking tot boek 6 "Buitencontractuele aansprakelijkheid" van het Burgerlijk Wetboek.

Deze wetswijziging introduceert belangrijke veranderingen op het gebied van buitencontractuele aansprakelijkheid, waardoor zogenaamde "hulppersonen" verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor schade veroorzaakt aan derden door hun fouten. Hiermee wordt afstand genomen van het huidige principe van 'quasi-immuniteit' voor deze hulppersonen.

Een hulppersoon is een persoon die betrokken is bij de uitvoering van een overeenkomst tussen een opdrachtgever en een opdrachtnemer, maar zelf geen partij is bij die overeenkomst. Dit kunnen zowel natuurlijke personen zijn, zoals bestuurders en werknemers, als rechtspersonen, zoals (onder)aannemers, dienstverleners of zelfstandigen, die handelen in eigen naam of in naam van hun opdrachtgever.

Tot op vandaag kon de opdrachtgever de hulppersonen van de opdrachtnemer niet rechtstreeks aanspreken voor een (persoonlijke) fout, behalve in uitzonderlijke gevallen zoals strafrechtelijke aansprakelijkheid (lees: misdrijven). In andere gevallen kon de opdrachtnemer zich alleen wenden tot de opdrachtgever, die op zijn beurt de opdrachtnemer aansprakelijk kon stellen indien daar een juridische grondslag voor was.

De nieuwe wet maakt het mogelijk voor de opdrachtgever om rechtstreeks de hulppersoon aansprakelijk te stellen voor schade, naast de contractuele aansprakelijkheidsvordering die hij tegen de onderneming zelf kan indienen. Dit aansprakelijkheidsregime is echter alleen van toepassing als de wet of het contract niet anders bepaalt.

Bijzondere regelgeving die de aansprakelijkheid beperkt, bestaat bijvoorbeeld voor werknemers die zich kunnen beroepen op de aansprakelijkheidsbeperking zoals vermeld in artikel 18 van de Arbeidsovereenkomstenwet. Ook bestuurders van vennootschappen die rechtstreeks worden aangesproken, kunnen dezelfde verweermiddelen gebruiken als de vennootschap zelf en zich bijvoorbeeld beroepen op de wettelijke limieten voor bestuurdersaansprakelijkheid, ook wel 'caps' genoemd.

Aangezien aansprakelijkheid ook contractueel kan worden uitgesloten of beperkt, is het essentieel om alle bestaande contracten (zoals die met de vennootschap, opdrachtgever, opdrachtnemer, hulppersoon, of klant) grondig te analyseren om te controleren of ze in overeenstemming zijn met de nieuwe regelgeving en met elkaar.

Dit is vooral belangrijk in de bouwsector. Momenteel kan een bouwheer bijvoorbeeld geen directe aanspraak maken op een onderaannemer van de hoofdaannemer. In de toekomst zal dit wel mogelijk zijn, tenzij dit contractueel anders is geregeld met beperkingen van de aansprakelijkheid. Het is daarom essentieel om de overeenkomsten zo snel mogelijk aan te passen, aangezien dit na een claim niet meer mogelijk zal zijn.

De nieuwe regelgeving zal op 1 januari 2025 in werking treden en is dan ook van toepassing op oudere, lopende overeenkomsten, mits de nieuwe schadegevallen of fouten zich na de inwerkingtreding voordoen.

Daarnaast brengt de nieuwe wet een versoepeling van de equivalentieleer, een aangepaste definitie van schade, de invoering van een recht op bijkomende schadevergoeding voor de winst die de aansprakelijke heeft behaald, en de mogelijkheid voor de rechter om bevelen of verboden op te leggen om wettelijke regels na te leven om dreigende schade te voorkomen.


Contacteer ons